Werknemers van een uitzendbedrijf werken uitsluitend voor een zusteronderneming die elektriciteits- en telecommunicatiekabels aanlegt. Ze rijden in bestelauto’s met achterbank van dat zusterbedrijf. Privégebruik is volgens de arbeidsovereenkomst verboden, maar vindt wel plaats.
Na een belastingcontrole ontvangt het bedrijf daarom voor bijna € 500.000 naheffingen met boetes. Het uitzendbedrijf gaat naar de rechter.Het maakt niet uit dat de auto’s niet van de werkgever zelf waren, maar van het bedrijf waarvoor werd gewerkt.
Het uitzendbedrijf was bij een eerdere belastingcontrole al gewezen op de correcte werkwijze en regels rond het gebruik van de bedrijfsauto’s. Toch zijn er auto’s in weekenden gesignaleerd bij grensovergangen en bij evenementen. Het verbod op privégebruik werd niet gecontroleerd. Sancties waren er niet. De rittenstaten werden vaak op basis van kladjes samengesteld door de administratie van het bedrijf. Begin- en eindstanden van rittenstaten sloten niet altijd aan. Kladjes werden weggegooid.
Kortom, een hopeloze zaak. Op wat kleine correcties na blijven de naheffingen en boetes gehandhaafd.
Tip: De regels voor privégebruik van auto’s die u aan werknemers ter beschikking stelt, zijn strikt. Pas ze correct toe. Zo voorkomt u naheffingen, boetes en de kosten van een eventuele procedure bij de belastingrechter.