Zie ze als een soort meesterconciërges, maar dan niet in het gebouw. De persoon die alles weet te regelen, op elke vraag wel een antwoord heeft en altijd klaar staat.
Want het is wel eens voorgekomen dat er rond middernacht werd gebeld, vanaf een balkon, in één van de gebouwen die BMA beheert. In de volle overtuiging dat BMA, net als de kamermeisjes in de hotels, een loper had waarmee ze alle deuren kon openen. “Dat hebben we dus niet”, zegt André voor alle duidelijkheid nog een keer. Wat ze wel hebben? “Alle kennis en kunde die nodig is voor het beheer en onderhoud.” Denk aan meerjarenonderhoudsplannen, brandpreventieplannen, subsidieaanvragen, maar ook het organiseren, begeleiden en notuleren van de algemene ledenvergadering. “Kennis en kunde die vaak ontbreekt bij de bewoners.” En dat is logisch. “Want het is een vak apart, het beheer van grote gebouwen.”“We hebben alleen geen loper”, zegt André van Ark, de pater familias van BMA (Beheer, Management en Advies) Harderwijk. “Maar als iemand in één van onze gebouwen zichzelf buitensluit, kennen we wel een paar goede slotenmakers met wie we snel schakelen”, zegt hij met een lach op zijn gezicht
Van eenmanszaak naar familiebedrijf
Eind jaren negentig schreef André zich in bij de Kamer van Koophandel, met het bedrijf BMA. “Ik was toen in loondienst, ik werkte bij een bedrijf dat het beheer van grote gebouwen deed. Ik stelde mijn baas voor om ook het beheer van appartementencomplexen te doen, de Vereniging van Eigenaren daarin te ondersteunen. Dat zag hij niet zitten, maar ik mocht dat in mijn eigen tijd wel proberen.” Het bleek een schot in de roos. In 1999 kon hij fulltime aan de slag in het eigen bedrijf. Zijn vrouw Monique deed de administratie.
Begin 2018 kwam zoon Lars aan boord als mede-eigenaar. Ruim een jaar geleden kwam ook dochter Anique erbij. Het is een echt familiebedrijf geworden. “Dat is natuurlijk de droom van elke ondernemer, maar we hebben het ze nooit opgedrongen.” Monique vult aan: “Lars wilde altijd sportdocent worden of privé-chauffeur in Dubai en Anique heeft jaren op de vrachtwagen gereden. Uiteindelijk zijn ze toch allebei in het bedrijf gekomen.” Lars regelt alle financiële zaken voor de VvE’s, Anique doet alle bouwkundige controles en André vult zijn dagen momenteel vooral met de algemene ledenvergaderingen. “We hebben nu bijna negentig VvE’s in beheer. In het vergaderseizoen komt dat neer op vijf vergaderingen per week.”
Opnamestop
Ze zitten vol. Momenteel is er een opnamestop. Nieuwe VvE’s die bij ze aankloppen, komen op een wachtlijst. Zelf denken ze dat hun vorige stek hen veel klandizie heeft opgeleverd. “We zaten aan de Luttekepoortstraat, midden in het winkelgebied en waren heel zichtbaar”, zegt Monique. Elke dag was er inloop, soms alleen voor een kop koffie of een snelle vraag, maar veel VvE’s hebben daar het eerste contact met BMA gehad. Ze hebben er vier jaar kantoor gehouden. Sinds begin 2025 zitten ze weer op hun oude stek, aan de Graaf Ottolaan, waar ze tien jaar geleden vertrokken. “Het huurcontract met onze huurders liep af. We konden opnieuw voor vijf jaar tekenen, maar we konden er ook zelf weer wonen en werken”, aldus Monique. Het bevalt ze prima. “Je komt hier wel meer aan werken toe, het is een stuk rustiger”, merkt Lars. Hij vindt het bijzonder om te werken op een plek waar hij als kleine jongen al rondliep. Alsof hij nooit helemaal ‘uit huis’ is gegaan. Sowieso voelt het vaak niet als werk, wanneer ze met z’n viertjes op kantoor zitten. “Dan ben je gewoon thuis.”
Respect voor elkaar
Het samenwerken gaat goed. Er is eigenlijk nooit gedoe. “En als je een keer je dag niet hebt, hoef je dat niet uit te leggen, dan mag je ook gewoon een beetje chagrijnig zijn”, zegt Anique. Zowel Lars als Anique denkt niet diezelfde sfeer ergens anders te vinden.“We kunnen veel van elkaar hebben, respecteren elkaar.” Naast collega’s, zijn ze ook vader, moeder, zoon, dochter, broer en zus. Er is een houden van. “En dat heb je natuurlijk niet met zomaar een baas of willekeurige collega’s.”
Het is hard werken. Dat zagen ze vroeger al bij hun ouders en nu ze zelf in het bedrijf zitten, merken ze het ook. “Maar dat maakt het ook wel weer mooi. Alles wat je doet, doe je voor jezelf, voor elkaar. Niet voor de baas, want dat ben je zelf.” Hoe het komende jaar eruitziet? “Hard werken, veel vergaderen en ruimte maken voor nieuwe VvE’s”, besluiten ze eensgezind. “En genieten natuurlijk, dat vooral.”