Door Harry Schipper – Harderwijk en haar regiogemeenten zijn ‘zeer ontstemd’ door het besluit van de NS om de spitssprinters te schrappen uit de dienstregeling.
Dat schrijven burgemeester en wethouders van Harderwijk, mede namens de gemeenten Amersfoort, Elburg, Ermelo, Hattem Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Putten en Zeewolde en reizigersvereniging Rover in een brief aan de NS. Daarmee reageren ze op het voornemen van NS om met ingang van december de spitstrein Harderwijk-Nijkerk-Amersfoort te schrappen uit de dienstregeling. Plus het feit dat door het tijdelijk uitvallen van de Hanzelijn en het inzetten van extra intercity’s tussen Amersfoort en Zwolle de spitstreinen al vorige maand van het spoor zijn gehaald.Niet alleen zijn treinreizigers hierdoor veel langer onderweg naar eindbestemmingen als Amersfoort, Utrecht en Schiphol, maar ook zullen ze veel vaker de trein links laten liggen en de auto pakken, waardoor de A28 nóg meer dichtslibt
Hoewel de maatregel om met de spitstreinen te stoppen al eind augustus via een mailtje bij de gemeenten bekend was gemaakt, kon het gemeentebestuur niet eerder dan begin vorige week om tafel met Maarten Haverkamp, de regiodirecteur Noord-Oost van NS. Bij die gelegenheid is de brief van Harderwijk, mede namens de andere gemeenten en Rover persoonlijk aan hem overhandigd. Dat blijkt uit de antwoorden die B en W gisteren hebben gegeven op schriftelijke vragen die VVD-fractievoorzitter Menno Doppenberg namens zijn raadsfractie eind september al aan het college had gesteld. Ze antwoorden ook dat NS weliswaar zegt dat het schrappen van de spitstreinen een tijdelijke maatregel is, ‘echter zonder enkele garantie dat de spitstreinen terugkomen’. “Het kan zelfs zo zijn dat in delen van het land de situatie op het spoor nog verder zal verslechteren, aldus NS”.
In het antwoord aan de Harderwijkse VVD-fractie laten B en W weten dat ze hun brief behalve aan de NS ook nog persoonlijk aanbieden aan de gedeputeerde van de provincie Gelderland en aan de Ministeries van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en Infrastructuur en Waterstaat.
De gemeentebesturen en reizigersvereniging Rover bestempelen in hun brief het schrappen van de spitssprinters als ‘zeer ongewenst’. Ze leggen ook uit waarom. De spitssprinter Harderwijk-Nijkerk-Amersfoort is vanaf december 2019 gaan rijden. Dat was in hun ogen meteen een succes: in de volgende drie maanden – dus totdat de dienstregeling als gevolg van het coronavirus sterk werd afgeschaald – stapten maar liefst tien procent meer mensen in de trein. Niet zo vreemd, want met de spitstrein – waarvan er vier in de ochtendspits naar Amersfoort rijden en onderweg alleen stoppen in Nijkerk – ben je daar tien minuten eerder dan met een reguliere sprinter. Naar Utrecht loopt die tijdwinst op naar veertien minuten. Naar Schiphol doe je er zelfs 27 minuten sneller over.
De extra reizigers in de trein vanuit Harderwijk en Nijkerk zorgen volgens B en W voor ‘een duidelijke vermindering van de filedruk op de A28’.
Als alle reizigers op de tussenliggende stations tussen Amersfoort en Zwolle weer zijn aangewezen op reguliere sprinters, zoals de NS nu voor ogen heeft, ontstaat er volgens de gemeenten weer de situatie van voor december 2019. Deze huidige sprinters hebben bovendien minder capaciteit dan de sprinters die voor 2020 werden ingezet. “Gevolg is dat reizigers vanaf Ermelo en Putten in de ochtendspits weer moeten staan, óf wachten op de volgende sprinter, die een half uur later komt”.
“Deze negatieve ontwikkeling staat haaks op de plannen die we hebben om onze regio en corridor Amersfoort-Zwolle bereikbaar te houden. Het wordt steeds drukker op de A28 tussen deze twee steden, met ook nog eens een verstedelijkingsopgave, en het openbaar vervoer zou juist een volwaardig alternatief moeten zijn voor onze inwoners”, zo menen de gemeenten,. “Het voorstel van NS is een stap achteruit in de door ons allen zo gewenste mobiliteitstransitie. Wij willen juist stappen vooruit zetten en inwoners uit de auto en in het openbaar vervoer en op de fiets krijgen”.
Het Harderwijkse gemeentebestuurders wijzen er mede namens de andere gemeenten fijntjes op dat het aantal inwoners door de jaren heen is verdubbeld en dat de bereikbaarheid per spoor ‘hierbij ver achterblijft en steeds verder verslechtert’. Ze willen dat er daarom een keervoorziening komt bij Harderwijk, om zo sneller en frequenter per spoor te kunnen reizen. In de brief wordt daarom aangedrongen op een studie naar zo’n keerlus. Bij de bouw van de spoortunnel bij het Harderwijkse NS-station is destijds al rekening gehouden met de aanleg van zo’n keerlus, door ‘m extra breed te maken.