‘We wilden onze klanten niet laten barsten’

Ruim vijf weken na de brand gaat Palingrokerij en Vishandel Dries van den Berg weer open. 

Zondag 24 september werden vader Dries en zoon Peter opgeschrikt door een brandmelding in hun pand aan de Burgemeester de Meesterstraat. Op het eerste oog leek het mee te vallen, de brand was snel meester, maar daags na de brand bleek de schade enorm.

“De brand is ontstaan door kortsluiting in een transformatorblokje. Of die kortsluiting komt door ouderdom of door loszittende contactjes door al het zware vrachtverkeer van- en naar het Waterfront, is uit onderzoek niet duidelijk geworden. Wat we wel weten is dat het verhitte blokje, in een waterdichte behuizing, heeft gezorgd voor lekkend plastic”, legt Peter van den Berg uit.

Het plastic is gaan lekken op het rookmot (gemalen hout voor de rookkast, red.) dat bij de rookhokken stond. “Dat hadden we net die zaterdagavond klaar gezet, zodat we maandagochtend meteen konden starten met het roken, voor onze marktverkoop op de jaarmarkt in Roden.” Juist omdat alles aangevuld was en klaar stond, kon er ook het nodige verbranden. “Gelukkig is er door de warmteontwikkeling in  een ruimte van vijf bij vijf meter een waterleiding gesprongen die de brand heeft geblust. Daardoor is ons grotere ellende bespaard gebleven.”
 
Waarom de relatief kleine, snel gebluste brand toch voor zo enorm veel schade heeft gezorgd, legt Van den Berg uit: “De brandweer uit Harderwijk en Hierden was snel ter plaatse en heeft fantastisch werk verricht, maar de geïsoleerde wandpanelen, gevuld met brandvertragend schuim, zijn langzaam leeg gesmeuld en dat verbrande schuim heeft ervoor gezorgd dat er een chloride gas is vrijgekomen.

Dit gas gaat, gepaard met water en roest, een chemische reactie aan met roestvast staal, aluminium en gewoon staal.” Op het eerste oog, leek er alleen een grondige schoonmaak nodig te zijn. “We dachten dat we met een paar dagen wel weer open konden, maar de schade bleek enorm. Alles was beroet en aangezet door de chloridegas reactie, tot de koffielepels en de kassa’s aan toe. Het hele gebouw moest inpandig worden gestript, ontruimd en gesloopt.”

De verzekering adviseerde vader en zoon om helemaal dicht te blijven, tot de nieuwbouw aan de Stephensonstraat klaar was. “Maar dat zou betekenen dat we klanten die we al vijfendertig jaar bedienen acht maanden lang moesten laten barsten. Dat wilden we niet. We hebben met alle partijen, ook de verzekeraar, overlegd en besloten dat we de focus zouden leggen op herstel van de winkel en het zo snel mogelijk openen er van.” Ze hebben andere opties wel overwogen, “maar verkoopwagens en een megatent met verwarming voor soms wel duizend tot vijftienhonderd klanten per dag, is praktisch gewoon niet haalbaar. Die winkel moest weer open.” 

Of de verzekering alles gaat dekken, weet Van den Berg niet. “Maar daar kun je niet op wachten.

We hebben wel een paar honderdduizend euro uitgegeven en pas bij de finish worden de prijzen uitgereikt, dan weten we wat er vergoed wordt. De verzekering denkt zeker mee en het scheelt dat we zo snel hebben gewerkt.” In slechts vijf weken tijd is de loods leeggehaald, schoongemaakt en opnieuw ingericht. “In totaal moesten we 786 items vervangen. Van koffielepels van een paar euro tot elektrische rookkasten van honderdveertigduizend euro per stuk.”
 
Het waren hectische weken, want naast een grondige verbouwing aan de Burgemeester de Meesterstraat, ging natuurlijk ook de nieuwbouw gewoon door. “Op sommige dagen waren we met wel vijftig mensen tegelijk aan het werk. Ook al verkochten we geen vis, er was werk genoeg.” Al het gezwoeg heeft geleid tot een snelle heropening. “Woensdag 1 november zijn we vanaf negen uur ’s ochtends weer volledig operationeel. Daar kijken we enorm naar uit. Het zal best rommelig zijn, die eerste dag, we zullen echt nog wel tegen wat dingetjes aanlopen, maar we kijken er naar uit onze klanten weer te kunnen bedienen.”

  
Foto: Lex Schuijl