Door Harry Schipper – In aanwezigheid Michel Martinus, de eerste stadsdichter van Harderwijk, is zaterdag door kunst- en cultuurwethouder Marcel Companjen het gedicht ‘de lopende man’ onthuld.
Het verscheen in 2016 als titelgedicht van de gelijknamige poëziebundel van de hand van Michel Martinus, met foto’s van de Harderwijkse fotograaf Roeland Wels.Het gedicht , dat Martinus zelf voordroeg, is voortaan te lezen op een fraaie tegel bij het manshoge beeld ‘de lopende man’ van beeldhouwer Peter Erftemeijer. Het is al vijf jaar eerder geschreven
Bij de feestelijke onthulling van de tegel met het gedicht stond voorzitter Henk Meeuwisse van het Wijkplatform Zeebuurt kort stil bij ‘de lopende man’. Meeuwisse wist te vertellen dat hetzelfde beeld onder dezelfde naam niet alleen ‘loopt’ in de Harderwijkse Zeebuurt, maar ook een plek heeft gekregen in Helmond, Tilburg en Zutphen. “Alleen in Ootmarsum heeft hij een naam gekregen. Daar ‘loopt’ hij met een grote ratelaar door de stad en wordt hij ‘de Nachtwacht’ genoemd’.
Meeuwisse was het al bij zijn verhuizing naar Harderwijk opgevallen dat er maar weinig kunstuitingen zijn buiten het centrum van Harderwijk. In het stadscentrum liggen ook 25 poëzietegels die zijn geplaatst door de literaire culturele stichting Apollo, wier voorzitter Fred van Kapelle ook de tegel met het gedicht voor de Zeebuurt had ontworpen en laten maken.
Meeuwisse wilde iets doen aan het feit dat er zo weinig cultuur en kunst in de Zeebuurt te vinden is. Hij kreeg daarbij hulp van wijkmanager Bram Oudejans en wijkbeheerder Bart Borgman. Die schakelde op zijn beurt Henk en Rudy van de gemeentelijke dienst Snel Herstel in om de tegel een plek te geven bij het monument.
Companjen die ook wijkgericht werken in zijn portefeuille heeft, verrichtte de onthulling. Hij vertelde dat hij warme gevoelens heeft bij de Zeebuurt, die hij al veertig jaar kent en waar hij vaak kwam bij een jeugdvriend. “Hier bij dit markante standbeeld komt het hele visserijverleden van Harderwijk bij elkaar”, vond hij.
Na de onthulling volgde een optreden van het Harderwijkse shantykoor De Aalzangers. Hun optreden was het allereerste nadat corona hun optredens bijna twee jaar geleden ineens had stilgelegd. De zangers en hun accordeoniste trokken daarna naar tal van andere plekjes in de Zeebuurt waar deze zaterdag ook de jaarlijkse RommelRoute werd gehouden. Meer dan negentig gezinnen in de wijk hadden hun overtollige huisraad uitgestald om voor weinig te verkopen aan geïnteresseerde voorbijgangers, meest buurtgenoten.
Door de Zeebuurt loopt,Het gedicht ‘de lopende man’
de man tegen de beweging van
de wind in. Hij jaagt in zijn wijde jas
van haast, met passen van angst en schrik, een oude storm na.
Laat hij zijn grote handen wapperen voor een laatste groet?
Of laat hij hier op deze hoek,
zijn oude medevissers los voorgoed?
Loopt hij een laatste omarming tegemoet?
Of vlucht hij voor een opkomende vloed?