Harry Schipper – Om aan de groeiende vraag naar energie te voldoen, komen er in Nederland tot 2050 in woonwijken zo’n vijftigduizend elektriciteitshuisjes bij, waaronder ook enkele tientallen in Harderwijk.
De komst van al die extra transformatorhuisjes vloeit voort uit het landelijk streven van de rijksoverheid om het gebruik van fossiele brandstoffen en gas sterk omlaag te brengen. In Harderwijk worden de komende jaren naar schatting zo’n kleine vijftig transformatorhuisjes gebouwd. Een zevental zijn hoogspanningstrafo’s, die nodig zijn om straks hoge stroomspanning vanaf het nog te bouwen onderstation aan de Leuvenumseweg te verlagen naar een niveau dat kan worden verwerkt door de bekende huisjes in woonwijken waarin zogeheten middenspanningstransformatoren staan opgesteld. Daarvan komen er naar ruwe schatting zo’n veertig in Harderwijk bij.Hoewel iedereen blij is dat daardoor het elektriciteitsnet de toenemende vraag naar duurzame energie kan blijven opvangen, staan aan- en omwonenden niet altijd te juichen wanneer Liander en de gemeente besluiten om dichtbij hun huis in gemeentelijke groen of op een openbare parkeerplek of stoep zo’n transformatorhuisje te plaatsen
De gemeente speelt – in nauwe samenspraak met netbeheerder Liander - een belangrijke rol in het aanwijzen van geschikte plekken waar de trafohuisjes kunnen komen te staan. Omdat vaak wordt gekozen voor een plek op gemeentegrond hoeft Liander er dan geen bouwvergunning voor aan te vragen, omdat de grondverkoop een privaatrechtelijke handeling betreft en geen publiekrechtelijke handeling. Kort uitgelegd sluiten twee gelijkwaardige partijen een deal, waarin de burger verder geen inbreng heeft. Aan- of omwonenden kunnen er dus in veel gevallen geen bezwaar tegen maken.
Voor het raadslid Bert Holleman van Gemeentebelang Harderwijk-Hierden vormt dit een van de redenen om aan het college van B en W schriftelijke vragen te stellen. Zijn partij maakt zich zorgen over de impact van de nog te bouwen transformatorhuisjes op de gemeente, inwoners en de openbare ruimte. Daarom wil Holleman niet alleen weten hoeveel van die huisjes erbij komen, maar ook waar ze komen te staan, hoe groot ze zijn en of ze wel passen binnen het straatbeeld. Hij wil ook weten wat de gevolgen zijn van de plaatsingen voor het openbaar groen, de trottoirs en de parkeerplaatsen. En of ze een zoemend of brommend geluid maken en zo ja; of er ook maatregelen worden getroffen om geluidsoverlast van omwonenden te voorkomen.
“Hoe worden inwoners van Harderwijk en Hierden betrokken bij de besluitvorming over de locaties van de transformatorhuisjes?”, wil Bert Holleman ook weten. En: “Worden er inspraakmomenten of andere vormen van participatie georganiseerd?”
